maandag 20 juli 2015

Landjepik

Anderhalve kilometer, 1500 meter. Een klein dorpje, wat boerenland en dan misschien wat prikkeldraad en een bord. Dat bord geeft een grens aan. De grens tussen Georgië en Zuid-Ossetië. Zuid-Ossetië scheidde zich in 2008 eenzijdig af van Georgië en wordt hierin gesteund door Rusland.
Sinds die tijd is er een grens tussen Zuid-Ossetië en Georgië, dat de regio nog steeds als haar grondgebied beschouwt maar er niets te zeggen heeft. De afgelopen week is het grondgebied van Zuid-Ossetië opeens gegroeid. Russische troepen hebben namelijk de grens ietsjes verplaatst.

Volgens The Guardian zijn boeren opeens hun land kwijt. Het dorpje Tsitelubani ligt nu voor een groot deel aan de andere kant van de grens en land is niet meer toegankelijk voor de boeren.

Naast het persoonlijke leed voor de bewoners in dit gebied heeft de grensverschuiving grotere gevolgen. De Russen hebben dit niet zomaar gedaan. In dit gebied wat nu in Ossetië ligt, en daarmee onder controle van Rusland is, bevindt zich een belangrijke oliepijplijn. Deze begint in Bakoe, de hoofdstad van Azerbeidzjan, aan de Kaspische zee en gaat naar Supsa in Georgië. Zo'n anderhalve kilometer van de 833 km lange oliepijplijn ligt nu in het door Rusland gecontroleerde Zuid-Ossetië. De door BP gerunde oliepijplijn is een belangrijke verbinding voor de toevoer naar de rest van Europa. Terwijl Europa bezig was met Griekenland laten de Russen een sterk staaltje powerplay zien. De Georgiërs kunnen weinig doen tegen hun sterke buur en Europa is te druk met zichzelf.

Zoals vaker in de wereld zien we ook in dit voorbeeld dat olie een belangrijke factor is in de internationale politiek. Olie betekent macht. Nu Rusland laat zien dat zo gemakkelijk controle kan krijgen over een stuk land met een belangrijke pijplijn voor Europa laten ze zien dat er rekening met ze moet worden.
En wat kan Europa doen? Europa is druk met zichzelf, met Griekenland en is daarnaast waarschijnlijk niet bereid om tot het uiterste te gaan tegen Rusland.

Voor mij toont dit grens- en pijplijndispuut aan dat het echt de allerhoogste tijd is om onszelf minder afhankelijk te maken van fossiele brandstoffen. Niet alleen vanwege het milieu of klimaatverandering. Maar ook vanwege onze positie in de wereld. Om ons niet afhankelijk te laten zijn of worden van de grillen van welk regime dan ook.